Noodgedwongen moest Aydin opnieuw beginnen. Een nieuw leven, op een nieuwe plek. Op het moment dat Aydin in Nederland arriveert zo’n drie jaar geleden spreekt hij geen woord Nederlands en slechts een klein beetje Engels. Vrijwel direct zette hij alles op alles om zich de Nederlandse taal eigen te maken want hij had een duidelijk doel voor ogen: Aydin wilde weer voor de klas komen te staan. Dit is het verhaal van Aydin, een innemende, goedlachse en bescheiden wiskundedocent die zich niet laat tegenhouden.
Aydin is geboren in Duitsland, maar groeide op in Turkije. Voordat hij voor de klas kwam te staan, volgde hij vier jaar lang een studie wetenschappelijke wiskunde en deed daarna nog eens een pedagogische studie van anderhalf jaar. Iemand met een flinke bak kennis op zak dus. Vijftien jaar lang stond Aydin in Turkije met passie en overtuiging voor de klas, maar daar kwam ruim drie jaar geleden opeens een einde aan, Aydin kon niet langer in Turkije blijven en moest vluchten. Via Griekenland kwam hij uiteindelijk in Nederland terecht. Hoewel Aydin af en toe moet zoeken naar woorden, is het maar lastig voor te stellen dat hij tot voor kort geen woord Nederlands sprak. Terug om zijn drie kinderen op te zoeken kan hij niet meer, zijn toekomst ligt in Nederland.
Aydin wist via DUO zijn Turkse diploma’s om te zetten naar een Nederlandse eerstegraads bevoegdheid en, omdat je daarmee natuurlijk nog niet daadwerkelijk voor een klas met leerlingen staat, zocht hij naar een ingang om praktijkervaring op te doen. Online kwam hij, via wat omzwervingen en ondanks het feit dat hij in Eindhoven woont, terecht bij Utrecht Leert. Hij stuurde Utrecht Leert een e-mail om te vragen of zij hem wellicht konden helpen aan een stage, een leertraject, meelopen met iemand, wat dan ook. Niet lang daarna zat Aydin om tafel bij het Farel College.
Aydin vertelt zijn verhaal niet alleen, dit doet hij samen met Wilt Pathuis, iemand die vanuit zijn functie bij het Farel College besloot dat Aydin een kans verdiende. Wilt is afdelingsleider bij het Farel College maar ook een zeer ervaren wiskundedocent die nog steeds voor de klas staat, tenminste, voordat Aydin eerder dan verwacht de lessen van hem overnam. In 1986 begon Wilt zelf zijn carrière in het onderwijs, hij studeerde biologie en wiskunde en begon met lesgeven in een tijd dat het nog lastig was om een baan te vinden als docent. Hij begon met een baantje van 6 uur, en was destijds maar wat blij dat hij een school kon vinden waar hij überhaupt aan de slag kon.
Het zal niemand zijn ontgaan dat die situatie nu natuurlijk volledig is omgekeerd: het vinden van goede docenten is enorm lastig geworden.
De twee wiskundedocenten ontmoetten elkaar dus met hulp van Utrecht Leert. Nu ruim anderhalf jaar later blikken zij samen terug op de afgelopen periode en beide heren zijn blij dat zij collega’s zijn geworden. Voordat het zover was: “Zo’n anderhalf jaar geleden in januari of februari kreeg ik een bericht van het stafbureau van de Meerwege Scholengroep waar een aantal diensten gecentraliseerd zijn voor de scholen (waaronder het Farel College). Daar was het verzoek binnengekomen of iemand met een allochtone achtergrond zich mocht oriënteren op het onderwijs. Of hij mocht rondkijken of misschien zelfs stage kon lopen. Dat was het verzoek. Via Linda van Utrecht Leert hebben wij toen een afspraak gemaakt in maart 2020”, aldus Wilt.
Aydin kwam voor een eerste kennismaking langs op school in Amersfoort. Wilt vertelde kort wie hij was en wat voor type school het Farel College is. Aydin vertelde op zijn beurt iets over het traject waar hij in zat en dat hij graag les wilde geven.
“Als je dan zijn verhaal hoort, realiseer je je wat voor moeilijke weg dat is en dan vraag je je af of je daar iets in kan betekenen”, aldus Wilt.
Hij zag toen nog best wat beren op de weg en eigenlijk liep het gesprek op een gegeven moment al wel op zijn einde. Ze besloten om nog even het gebouw te gaan bekijken en liepen lokaal 206 binnen. “Lokaal 206 is een lokaal waar je als het ware aan de achterkant binnenkomt. Je moet het lokaal doorlopen om bij het bord uit te komen en dat deden we.” Lokaal 206 is het lokaal van een wiskundedocent en het hangt vol met wiskundeposters, filmposters en wiskundige stellingen. Aydin wees direct op die stellingen. Ze kwamen aan bij het bord en draaiden zich om, dit het is het lokaal. Aydin begon te lachen en de tranen sprongen in zijn ogen. Voor Wilt was het toen direct duidelijk:
“Dit is een docent. Als je zeker drie jaar geen les hebt gegeven en het is je passie, dan komt dat binnen. Dat zag ik. En toen hebben we dat een vervolg gegeven.”
Wilt geeft in zijn huidige functie nog les aan één klas, normaliter aan vwo4. Hij stelde bij de directie voor om daar twee klassen van te maken, en die dan samen te gaan doen. “Ik verdubbelde mijn lesgedeelte met dien verstande dat ik me daar langzamerhand uit terug zou trekken. In het begin zou het me meer tijd kosten en later minder, dat was het plan dat we hadden. Dat is voortreffelijk gegaan, zelfs nog beter dan verwacht.” En dat terwijl er ook best wel een spannende klas bij zat. Een vrij drukke groep met mondige leerlingen die niet altijd even gemotiveerd zijn. Juist die leerlingen spraken Wilt onlangs nog een keer aan en vertelden wat voor cijfers ze allemaal gehaald hadden en hoe blij ze waren met Aydin. Dat is toch een mooi compliment.
Aydin vertelt wat voor hem het onderwijs nou zo bijzonder maakt:
“Contact maken en opbouwen met jonge mensen. Dat vind ik mooi. Ik wil wiskunde uitleggen. Ik wil vertellen over wiskunde. Ik wil wiskunde overbrengen, dat is echt belangrijk voor mij.”
Een goede docent moet volgens Aydin kunnen boeien en leerlingen aan het denken zetten, met een flinke portie geduld en oog voor problemen die leerlingen hebben.
En hoewel hij zelf erg bescheiden reageert op de vraag of hij zichzelf een goede docent vindt in dat opzicht, krijgt hij direct bijval van Wilt: “Je bent vriendelijk, je oordeelt niet over leerlingen en je hebt geduld met ze, dat zijn zulke wezenlijke kenmerken. Je respecteert ze en je helpt ze, zonder daar een oordeel in te leggen: Wat stom dat je daar nu pas mee komt. Had je dat niet eerder kunnen doen? Snap je het nou nog niet? Allemaal oordelen die sommige docenten helaas hebben. Dat heb jij niet. Wat zo charmant is, is dat jij leerlingen altijd vraagt of ze je willen helpen met het oplossen van een opgave die besproken moet worden. Dat vragen om helpen. Vaak zeggen wij ‘doe eens even’, dan is het meer een opdracht dan een vraag. Als ze dat dan hebben gedaan zeg je: ‘Dank u wel’. Dat zegt geen andere collega. De leerlingen accepteren dat van je en het maakt ze blij. Ze voelen zich daardoor echt alsof ze gewaardeerd worden.”
Hoewel Aydin als docent bij het Farel College helemaal op zijn plek is, blijft de taal lastig en nog los daarvan zijn de verschillen tussen het vak wiskunde in Nederland en zijn voormalige thuisland groot. Een van de belangrijkste verschillen is dat er in Turkije eigenlijk puur theoretisch lesgegeven wordt, terwijl wiskunde in Nederland zoveel mogelijk toepasbaar wordt gemaakt aan de hand van praktijkvoorbeelden. Wilt legt uit dat wij ongeveer vijftien jaar geleden de overstap maakten van realistische wiskunde met kale sommen naar wiskunde met verhaaltjessommen. “In landen om ons heen zie je dat er toch nog wel veel abstract wiskunde wordt gegeven”, aldus Wilt.
Aydin is vorig jaar aangesteld voor 0,3 fte en gaat dit de komende jaren uitbreiden. Voordat het zover is hoopt hij op korte termijn woonruimte te vinden in de regio want het heen en weer pendelen tussen Eindhoven en Amersfoort is natuurlijk verre van ideaal. Ook wil hij blijven werken aan zijn taalvaardigheid want: “Als ik mijn taal voldoende verbeter dan kan ik me voldoende uiten naar leerlingen en beter contact maken.”
Bij het Farel zijn ze in elk geval enorm blij met Aydin. “Aydin is een top wiskundedocent, met een ontzettend goede opleiding achter de rug. Beter dan menigeen die voor de klas staat. Ook ziet hij de leerlingen. Voor ons onderwijs, dat erg gericht is op persoonlijke ontwikkeling, eigen keuzes en eigen verantwoordelijkheid dragen, is dat belangrijk. Het is belangrijk dat je de leerlingen ziet, dat je ziet wat ze nodig hebben en wat je kunt doen om hem of haar dit te bieden. Dat heeft Aydin in zijn genen zitten. Het is dan fijn om zo’n collega erbij te hebben.”